Member-only story
Panzergrenadiere
Opgewonden stommelden de twee broers de zoldertrap op, ver voor oma uit. Dat oma, weliswaar op nadrukkelijk aandringen van hun vader, überhaupt van haar stoel was opgestaan om achter hen aan te komen had de jongens aangenaam verrast. Het eindeloos thee drinken begon al goed te vervelen, tijd voor actie! Hun moeder had zich inmiddels in de keuken teruggetrokken. Van achter de gesloten deur klonk een vertrouwd geluid van rammelende pannen. De geur van goulash drong door tot in de woonkamer, omdat af en toe — als in een Chinees restaurant - de deurtjes van de doorgeefkast open en dicht gingen voor het verstrekken van instructies of aanreiken van schalen en schaaltjes.
Oma zat graag aan de eettafel, maar sprak zelden. En als ze wat zei, had ze door toenemende doofheid een harde en doordringende stem. Haar ogen waren van het donkerste bruin achter een enorme bril onder grijswit krullend haar. Haar neus was plat en breed, niet als andere neuzen die je zag, maar ook weer geen typische jodengok. Ze was klein, heel klein en moest op een kussentje zitten om goed overal bij te kunnen aan tafel.
Opa was thuis gebleven, bij zijn duiven. Ze noemde opa altijd ‘Overdijk’, bij zijn achternaam. Het leek de broers niet erg liefdevol en eigenlijk wisten ze verder ook helemaal niet hoe opa en oma echt heten. Want zij was voor hen: ‘Oma van de Duifjes’. Laat staan dat ze de rest van het verhaal kenden. Al had…